Discussiëren met grote groepen

Aanleiding

Veel vakken trekken grote groepen studenten (>80 studenten). In gevallen waarin die vakken uitsluitend bestaan uit hoorcolleges, wijzen evaluaties vaak uit dat er dan meer discussie gewenst is over de stof. De mate waarin studenten de stof internaliseren is vaak beperkt, afgaande op tentamenresultaten. Om hier op in te spelen is door Robbert Woltering een werkvorm ontwikkeld waarbij studenten naast de reguliere hoorcolleges één keer per week een discussiebijeenkomst krijgen van 2 uur.

Didactische meerwaarde

Discussies op zichzelf vergen van studenten naast kennis en toepassing ook inlevingsvermogen en analysevaardigheden. Ze analyseren het onderwerp en leren hierdoor het onderwerp of probleemstelling van verschillende kanten te bekijken. Ook leren studenten door discussies hoe ze argumenten en een betoog kunnen formuleren en werken ze aan hun presentatievaardigheden.

Uitwerking

De studenten worden bij die discussiebijeenkomsten verdeeld in vier groepen van ca. 25 studenten. Studenten komen samen in vier aparte zalen, en gaan daar gedurende het eerste uur in discussie over de voorgeschreven literatuur. De studenten hebben vooraf rollen gekregen (1 heeft de rol van voorzitter/discussieleider; 2 zijn er verantwoordelijk voor presenteren van een samenvatting van artikel X; 2 anderen zijn vervolgens verantwoordelijk voor het leveren en verzamelen van feedback op de samenvatting, 2 anderen maken de notulen van de discussie, 2 anderen zijn verantwoordelijk voor het verslagleggen in het tweede uur, waarin de vier groepen plenair bij elkaar komen in een grote zaal, om dat als collectief elkaars discussieresultaten te vernemen en daar verder over door te discussiëren. Per bijeenkomst worden twee artikelen voorgeschreven, dus elke bijeenkomst kunnen er per groep van ca. 25 studenten, 18 studenten een taal toebedeeld krijgen. Na 7 weken zal iedereen meermaals aan de beurt zijn geweest in verschillende functies. Het systeem gaat uit van studenten-collegialiteit en de intrinsieke behoefte om de stof beter te leren beheersen en om te leren discussiëren over deze materie. Deze discussiegroepen werken namelijk in principe op eigen verantwoordelijkheid; de docent gaat gedurende het eerste uur de groepen af, maar zijn/haar sturende rol begint pas in het tweede uur, bij het leiden van de plenaire discussie.

Zie voor de originele tekst, met veel meer interessante kwesties: http://icto.humanities.uva.nl/robbert-woltering-discussiegroepen/