De toetscyclus is een hulpmiddel bij het ontwerpen van toetsen. De cyclus bestaat uit zeven fasen die ieder een eigen plaats in het proces van toetsing hebben. Hieronder staat per fase beschreven wat er op dat moment in het toetsproces gebeurt.
Ontwerpen
De eerste stap in het toetsingsproces is die van het ontwerpen. Hierbij worden nog geen toetsvragen gemaakt, maar gaat het om aspecten als de te toetsen onderdelen, het aantal vragen dat gesteld wordt en of er formatief of summatief getoetst gaat worden. Kijk hier voor meer informatie over de fase van het ontwerpen.
Construeren
De tweede stap is de constructie van toetsitems. Hiervoor kan gebruik gemaakt worden van een auteursomgeving waar de vragen en antwoorden worden ontwikkeld, verwerkt en eventueel ook ter inzage kunnen worden aangeboden aan collega´s. Kijk hier voor meer informatie over de fase van het construeren.
Afnemen
De derde stap is het daadwerkelijk afnemen van de toets. Hier gaat het vooral om het voorkomen van fraude en om de veiligheid van de (digitale) toetsomgeving. Kijk hier voor meer informatie over de fase van het afnemen.
Beoordelen
Het nakijken en beoordelen van de gemaakte toetsen is de vierde stap van de toetscyclus. Men kan hierbij handmatig nakijken aan de hand van een antwoordmodel, maar er kan ook via toetssoftware worden nagekeken. Kijk hier voor meer informatie over de fase van het beoordelen.
Analyseren
Toetsanalyse gebeurt via Excel, SPSS of via de toetssoftware. Via een analyse kunnen items van onvoldoende kwaliteit opgespoord worden. Dit geldt bijvoorbeeld voor items die te makkelijk, te moeilijk of ambigu blijken te zijn. Doorgaans laten we deze items buiten beschouwing bij de vaststelling van het cijfer. Kijk hier voor meer informatie over de fase van het analyseren.
Rapporteren
Na de toetsanalyse kan het cijfer berekend worden en kan het worden doorgegeven aan de studentenadministratie. Kijk hier voor meer informatie over de fase van het rapporteren.
Evalueren
Bij het evalueren van de toets wordt gekeken naar vragen die te makkelijk of moeilijk bleken te zijn. Tevens wordt gekeken naar vragen die in positieve zin opvallen in de psychometrische analyse. Deze kunnen wellicht op een later moment opnieuw worden gebruikt. Kijk hier voor meer informatie over de fase van het evalueren.